Het liefst zitten we zo veel mogelijk op de fiets. De een wil crossen door de bossen, de ander wil racen op het asfalt. Wanneer je te lang of te vaak op je tweewieler zit, is er een kans dat je last van je achterste krijgt. Wij vroegen bikefitter Anno Pieterse en sportarts Guido Vroemen naar handige tips om zadelpijn te voorkomen. Zij zijn de absolute experts in hun vakgebied en helpen jullie pijnloos de fiets op!

Maak je deze koude dagen de kilometers tóch buiten? Houd het uiteraard veilig. En geef je fiets na terugkomst extra aandacht bij het onderhoud. Laat het rondgestrooide pekel niet inwerken op de draaiende onderdelen. Strooizout is in de eerste plaats prettig, want daarmee blijven de wegen begaanbaar en kun je dus blijven fietsen, met een kleiner valrisico. Tegelijkertijd kan het zout funest zijn voor je fiets en materiaal. Het bijt behoorlijk en staat het toe dat vocht op kleine plaatsen kan komen. Zonder onderhoud te plegen is de kans groot dat de ketting roest en de derailleur op den duur dienst weigert. Met eenvoudig onderhoud valt een hoop leed te voorkomen en bespaar je onnodige kosten voor vervangingsonderdelen.

Bij gebruik van je racefiets, mountainbike of gravelbike (eigenlijke alle fietsen met derailleur) in de winter moet je in opperste staat van paraatheid zijn. Met name de combinatie van pekel en water kan schadelijk zijn. Daardoor kruipt het zout overal tussen, ook tussen de lagers en draaiende delen van de fiets. De allerbelangrijkste tip: houd je aandrijflijn goed ingevet. Doe dat voorafgaand aan je rit. Je kunt dit natuurlijk eenvoudig zelf doen. Er zijn genoeg merken met goede onderhoudsproducten.

Naast zout en water heb je te maken met modder en zand. Voor alle vuiligheid geldt: spoel de fiets zo snel mogelijk na de rit af, zeker als er pekel is gestrooid. Als je te lang wacht heeft de zoutoplossing meer tijd om in te werken op de draaiende onderdelen van de fiets. Spoel bij voorkeur met koud water af, omdat warmer water het strooizout helpt oplossen. Daardoor kan het nog verder invreten in de 'vergeten hoeken' van de aandrijflijn. Na de spoelbeurt en reiniging met de ontvetter droog je de fiets en vet je de ketting wederom in.

In de zomer werken we veelal met een lichtere kettingwax of -olie. Het voordeel van een dunner goedje is dat de frictie vermindert en dat je minder vuil aantrekt. De prestaties zijn dus optimaal. In de winter heb je vaak te maken met natte omstandigheden. Door regen en opspattend water kan de kettingolie wegspoelen, waardoor je ketting niet of minder goed beschermd is. Kies daarom voor een speciale lube die waterbestendig is. De fietsspeciaalzaak kan je prima helpen om het juiste middel te kiezen.

Wil je je dure fiets niet blootstellen aan de gevaren? Neem dan voor de extreme omstandigheden een oude fiets die je toevallig nog in de garage had staan of koop ergens een tweedehands fiets waarop je net iets minder zuinig hoeft te zijn. Oftewel, neem een pekelfiets. Je kunt er natuurlijk ook voor kiezen om enkele onderdelen te monteren. Steek bijvoorbeeld een goedkopere wielset, aangezien de wiellagers moeilijk schoon en droog te houden zijn.

 Met tubeless banden op de racefiets rijden, heeft vele voordelen. Je kan bijvoorbeeld met een iets lagere bandenspanning rijden en ervaart daardoor meer comfort. Bovendien verkleint de kans op lekrijden. Mocht er toch eens een stukje glas of een spijker door het bandenrubber priemen, dan biedt de latex in de tubeless band uitkomst. Het vloeibare, witte goedje in de band vult het gaatje, waardoor je de rit gewoon kan vervolgen.

Mountainbikers zijn al veel langer overtuigd van de voordelen van tubeless. Het is er de standaard. Onder renners op de weg begint tubeless nu langzaamaan op te komen - er zijn dit seizoen ook profs die in koers gaan testrijden met tubeless, zo hebben we vernomen. Dat nog niet iedere wegfietser overstag is, heeft mogelijk te maken met de montage. Reden genoeg om eens uit de doeken te doen hoe je tubeless monteert.

Je moet een geschikte velg hebben, want de velg moet luchtdicht zijn. Of je moet hem luchtdicht kunnen maken. Let ook op de velgrand (iets breder) en zorg voor de benodigde materialen, in ieder geval: tubeless ventielen, tubeless velglint of -tape, een tubeless (ready) raceband, montagevloeistof en latex.

Als de velg luchtdicht is, draai je het tubeless ventiel in de velg.

Plaats de tubeless band om de velg, zoals je dat normaal ook bij een draadband zou doen. Smeer montagevloeistof aan beide kanten op de velg en band. Dit vergemakkelijkt de montage.

Pomp de band en let daarbij op de maximale druk (staat op de zijkant vermeld). Je hoort bij het pompen een 'plopgeluid' of zachte knal. Dit is het teken dat de band zich vastzet in de velg. Het is best een klus om dit goed voor elkaar te krijgen.

Draai het binnenwerk van het ventiel. Uiteraard loopt de band nu leeg, maar hij blijft wel in de velg geklemd. Breng via het ventiel de latex in de band aan. Op de verpakking staat hoeveel je nodig hebt (goed schudden voor gebruik). Draai het binnenwerk weer terug en pomp de band terug op.

Schud flink met de band. Op deze manier verspreidt de latex zich door de band. Breng de band vervolgens op de juiste, gewenste spanning. Je bent klaar om direct een fietsrit te maken.